Op 15 augustus staan we stil bij het einde van de Tweede Wereldoorlog voor het Koninkrijk der Nederlanden en herdenken we álle slachtoffers van de oorlog tegen Japan en de Japanse bezetting van Nederlands-Indië.
De oorlogsherinneringen vervagen met het kleiner worden van de groep overlevenden. Het jaar 2020 zou een jaar worden waarbij wij met tal van festiviteiten en momenten stil zouden staan bij 75-jaar bevrijding. Wie had kunnen bedenken dat het, als gevolg van de coronapandemie, zo’n ander herdenkingsjaar zou worden. Deze wat surrealistische situatie waarbij naoorlogse generaties geconfronteerd worden met onzekerheid en beperkingen laten echter vreemd genoeg juist ook de verhalen uit de oorlog tot de verbeelding spreken.
De bevrijding na de Tweede Wereldoorlog was er natuurlijk niet zomaar. Het was een lang proces van hoop en teleurstelling, angst en uiteindelijk euforische blijdschap. De afgelopen jaren is er steeds meer ruimte voor de nuance, het ware verhaal waarbij steeds duidelijker wordt dat het merendeel van de bevolking het leven leidde wat zich voordeed zonder nadrukkelijke keuzes te maken voor het een of het ander. Zeker in de beginjaren van de oorlog leek men zo goed en zo kwaad als dat ging het dagelijks leven op te pakken. Kinderen gingen naar school, er werd buiten gespeeld, er waren voetbalwedstrijden en er werd zelfs een Elfstedentocht geschaatst. Nadat men via de BBC op de Antillen en in Suriname had gehoord dat Nederland had gecapituleerd, werden alle Duitse inwoners opgepakt en vastgezet. Britse, Nederlandse, Amerikaanse en Braziliaanse troepen losten elkaar gedurende de oorlogsjaren af. Daar beleefde men een heel andere oorlog dan Nederland en Nederlands-Indië.
Het bestuur van Nederlands-Indië stond er na de capitulatie van Nederland helemaal alleen voor. Hoewel er enorm werd meegeleefd met het moederland, maakte de Nederlandse kolonie zich op voor een andere vijand: Japan. In de nacht van 10 op 11 januari 1942 vielen de Japanners Menado op Celebes en Tarakan op Noordoost-Borneo aan. Ze waren uit op de belangrijke olievelden om hun oorlogsmachine draaiende te houden. Nadat de Japanse bevelhebber op 8 maart 1942 de algehele overgave van het KNIL eiste met als dreigement dat anders Bandoeng, de hoofdstad van de provincie West-Java met de grond gelijk gemaakt zou worden, was er geen andere keus dan capitulatie, die op 9 maart via de radio bekend werd gemaakt. De uitzending werd afgesloten met: ‘Wij sluiten nu, vaarwel tot betere tijden’.
Nederland bevrijd
In Nederland bevrijd, het derde deel in de serie nostalgie-boeken laat GT Rovers opnieuw met uniek beeldmateriaal uit de collectie van het Nationaal Archief, dit stukje geschiedenis herleven. Luister ook naar de nostalgie-podcast!
‘…Op wonderbaarlijke wijze kwamen overal rood-wit-blauwe lapjes stof en zelfs vlaggen tevoorschijn die, ondanks de vele doorzoekingen in het kamp, toch al die tijd goed verstopt waren geweest. Heel even werd er van blijdschap gehuild en omhelsd, waarna schuchter het Wilhelmus werd ingezet. Niemand durfde het goede nieuws nog echt te geloven.’
Veel tijd om terug te blikken op de oorlogsjaren was er niet. En terugkeren naar de situatie van voor de oorlog bleek ook al gauw niet realistisch. De wereld was veranderd, een jonge generatie ging op zoek naar haar eigen toekomst. Zowel in Nederlands-Indië, Suriname, de Antillen als in Nederland.
‘…Tussen 1945 en 1960 werden ruim 1,5 miljoen woningen uit de grond gestampt. Meubels werden op maandelijkse afbetaling gekocht om de nieuwe flat of doorzonwoning te kunnen meubileren. Bruggen en spoorwegen werden gerestaureerd en wegen opnieuw geasfalteerd. Langzaamaan begon het land er weer florissanter uit te zien. Men begon voorzichtig weer in een betere toekomst te geloven.’
Reacties op Nederland bevrijd
‘Nederland bevrijd is een prachtig document. Het zijn verhalen die zeker nu in het kader van 75 jaar bevrijding nog steeds verteld moeten blijven worden.’ – NBD Bilbion
‘Nederland bevrijd van GT Rovers is een goed geïllustreerd, goed geschreven boek… de foto’s zijn mooi, de anekdotes fraai.’ – Nederlands Dagblad